Bij de vervreemding van aandelen die tot een aanmerkelijk belang behoren moet inkomstenbelasting worden betaald over het daarbij behaalde voordeel. Dat hoeft niet als sprake is van een aandelenfusie. Een aandelenfusie wordt aanwezig geacht als een vennootschap tegen uitreiking van eigen aandelen zoveel aandelen in een andere vennootschap verwerft dat zij meer dan de helft van de stemrechten in die vennootschap kan uitoefenen.
Er is geen sprake van een aandelenfusie als een bijbetaling in geld meer dan 10% van de nominale waarde van de uitgereikte aandelen bedraagt of de fusie in overwegende mate is gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing. Dat laatste is het geval als zakelijke overwegingen, zoals herstructurering of rationalisering van de werkzaamheden, voor de fusie ontbreken.
Een belastingplichtige kan de Belastingdienst de vraag voorleggen of sprake is van een aandelenfusie. De inspecteur beslist daarop bij voor bezwaar vatbare beschikking.
De Belastingdienst meende dat een voorgenomen aandelenfusie niet zou plaats vinden op grond van zakelijke overwegingen. Het doel was om de kinderen van de dga op financieel gunstige wijze te laten deelnemen in de vermogende bv van de dga. De gewone aandelen van de bv zouden worden omgezet in preferente aandelen. Aan de kinderen zouden nieuwe, gewone aandelen worden uitgereikt. De preferente aandelen zijn niet te vereenzelvigen met de oude, gewone aandelen. De omvorming van de aandelen zonder voorafgaande aandelenruil zou als een vervreemding van het gehele aandelenpakket van de dga worden aangemerkt. De voorgenomen aandelenruil is bedoeld om de belastingheffing over de meerwaarde van de aandelen te voorkomen. Daarom is volgens de Belastingdienst de constructie in overwegende mate gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing.
De rechtbank is van oordeel dat de door de dga aangevoerde zakelijke argumenten volstrekt marginaal zijn ten opzichte van het voordeel van het ontgaan of uitstellen van deze inkomstenbelasting. De genoemde zakelijke overwegingen zijn volgens de rechtbank te algemeen en niet concreet. De voorgenomen fusie vindt daarom niet plaats op grond van zakelijke overwegingen.
Bron: Rechtbank Gelderland | jurisprudentie | ECLINLRBGEL20216268, AWB 20/1645 | 25-11-2021
Laatste nieuwsberichten
Sloopauto's verkocht onder margeregeling
25-05-2023
Tijdstip indiening verzoek toepassing 30%-regeling
25-05-2023
Wetsvoorstel implementatie BTW-tarievenrichtlijn
25-05-2023
Ontbrekend instructieboekje
17-05-2023
Wijziging subsidieregeling STAP-budget
17-05-2023
Verplichte aanwezigheid voor aanvang dienst
17-05-2023
Tijdstip waardering nalatenschap
17-05-2023
Aanzegging of opzegging arbeidsovereenkomst?
11-05-2023
Toepassing bedrijfsopvolgingsregeling na eerdere splitsing
11-05-2023
Teruggaafregeling bpm
11-05-2023